Elke tuinvijver is een kleine biotoop die volgens zijn eigen regels functioneert. Planten spelen hierin een centrale rol. Het is dus geen wonder dat er bijzondere aandacht moet worden besteed aan het planten van een vijver. Afhankelijk van de vijverzone moet deze verschillend zijn en niet iedere plant is voor iedere zone geschikt. Maar met een beetje achtergrondkennis kun je het gemakkelijk onder controle krijgen.
Locatie
De locatie van een tuinvijver wordt niet door God gegeven. Het wordt eerder bepaald door de tuineigenaar die van plan is een vijver aan te leggen. Al in de planningsfase moet rekening worden gehouden met latere beplanting. Om een goede reden: vrijwel alle waterplanten hebben veel licht nodig om te groeien en te bloeien. Een zo zonnig mogelijke locatie is dan ook een absolute must voor iedere tuinvijver. Bovendien mogen er in de directe omgeving geen loofbomen staan. Enerzijds kunnen deze de zonnestraling op de vijver beïnvloeden. Aan de andere kant kunnen bladeren die in de herfst in de vijver vallen het biologische evenwicht verstoren.
Tip:
Bladeren ontleden in water en vormen slib, waardoor bepaalde organismen in gevaar worden gebracht. Het is daarom meer dan alleen verstandig om bij het kiezen van een locatie voor een vijver aan de planten te denken.
Aantal
Hoeveel planten je op of in een tuinvijver kunt zetten, hangt uiteraard sterk af van de oppervlakte. Houd er rekening mee dat waterplanten vaak veel ruimte nodig hebben. Het beste voorbeeld hiervan is de klassieker die in geen enkele tuinvijver mag ontbreken, namelijk de waterlelie. Afhankelijk van de soort kunnen ze tussen de één en vier vierkante meter per plant groeien. U moet niet vanaf het begin besparen op de grootte van de vijver. Vaak wordt dit echter beperkt door bepaalde factoren in de tuin. Daarom moet de beplanting altijd worden afgestemd op het vijveroppervlak. Er zijn drie beproefde regels voor het planten van een tuinvijver:
- Beplant in geen geval de hele tuinvijver!
- Voorzie maximaal twee derde van de oppervlakte van bloeiende planten!
- Vermijd indien mogelijk het planten van meer dan de helft van de vijver!
Als je deze regels in gedachten houdt bij het planten, kun je niet echt fout gaan met de hoeveelheid planten. Ze dienen als het ware als gids. Je zou deze kleine regels ook als volgt kunnen samenvatten: Less is more! Het gaat niet alleen om het uiterlijk, al speelt dit natuurlijk wel een grote rol. Een tuinvijver die zo zwaar beplant is dat je nauwelijks een wateroppervlak kunt zien, zal zijn doel waarschijnlijk niet vervullen. Veel belangrijker is dat te veel planten in de vijver de algengroei kunnen bevorderen. Te veel algen brengen op hun beurt het biologische evenwicht in het doorgaans zeer kwetsbare ecosysteem van een tuinvijver in gevaar.
Vijverzones
Een tuinvijver is niet zomaar een gat in de grond waarin water is gevuld. Het bestaat veeleer uit verschillende zones, die elk hun eigen doel hebben en waarvan het ontwerp gebaseerd is op de omstandigheden van natuurlijke waterlichamen. Een vijver bestaat dan ook meestal uit een oever die aanvankelijk zachtjes in het water overgaat en uiteindelijk naar een diep gebied leidt. Als het gaat om het aanleggen van een vijver zijn er vier zones te onderscheiden:
- Rivierzone
- Ondiep water met een waterdiepte tot 20 centimeter
- Diep water met een waterdiepte tussen de 30 en 60 centimeter
- Dieptezone die ongeveer 1,5 meter onder het wateroppervlak ligt
De vijverzones spelen een grote rol bij de beplanting. In principe is niet elke waterplant geschikt voor elke vijverzone. In principe zijn de vijverzones voor waterplanten wat de locatie is voor conventionele planten in het algemeen. Een plant die absoluut een zonnige standplaats nodig heeft, gedijt nauwelijks in de schaduw. En een waterplant die een standplaats in diep water nodig heeft, sterft meestal heel snel op de oever. Als u planten voor uw tuinvijver kiest, moet u letten op voor welke vijverzone ze geschikt zijn, als u niet voor onaangename verrassingen wilt komen te staan.
Opmerking:
Waterplanten die bij de speciaalzaak worden gekocht, zijn doorgaans voorzien van informatie over voor welke vijverzone ze geschikt zijn. In de meeste gevallen is er zelfs nauwkeurige informatie over de ideale waterdiepte, waar u zich aan moet houden.
Planten
De selectie van planten waarmee u uw tuinvijver wilt beplanten, is afhankelijk van de betreffende vijverzone. In de volgende kleine lijst zijn de planten daarom gerangschikt volgens zones. Dit is slechts een kleine selectie van mogelijke planten. De sleutel was om enerzijds typische waterplanten op te sommen, maar anderzijds alleen die planten te noemen die relatief gemakkelijk verkrijgbaar zijn.
Rivierzone
Begrijpelijke en zeer gemakkelijk te onderhouden grassen zijn bijzonder geschikt voor de oeverzone. Het doel van de oeverbeplanting is om de vijver te omlijsten en daarmee visuele accenten te creëren. De planten vervullen ook zoiets als een filterfunctie voor het water. De meest aangeplante planten zijn bamboe (Bambusoideae), miscanthus (Miscanthus sinensis), ook wel bekend onder de (onjuiste) naam olifantsgras, en Amerikaans pampasgras (Cortaderia selloana). Genoemde planten zijn over het algemeen winterhard en kunnen dus op hun standplaats blijven staan, ook als de vijver zelf dichtgevroren is. Als het echter om pampasgras gaat, is het raadzaam om het voor aanvang van de winter vast te binden om het optimaal te beschermen tegen vorst. Andere planten voor het oevergebied zijn de aardbeiboom (Arbutus unedo), de roze dwergbanaan (Musa velutina) en de Antarctische boomvaren (Dicksonia antarctica), die wordt beschouwd als een overblijfsel uit de prehistorie.
Ondiepwaterzone
De typische vertegenwoordigers die in deze zone te vinden zijn, zijn vooral de Indische kalmoes (Acorus calamus), een typische moerasplant, evenals alle soorten kikkerlepels (Alisma). Ze gedijen daar echter alleen als ze niet te dicht bij elkaar worden geplant. Als vuistregel geldt dat er maximaal drie planten per vierkante meter mogen staan. Idealiter zijn het er maar twee. Als je wat betreft beplanting een beetje wilt opvallen, kun je ook gebruik maken van het drijvend fonteinkruid (Potamogeton natans), de kikkerkruid (Limnobium laevigatum), de zwemvaren (Salvinia natans) en hoornblad (Ceratophyllum demersum), om maar te noemen een paar voorbeelden.
Diepwaterzone
Alle meerjarige waterplanten zijn geschikt voor deze zone. In de regel zul je je echter tot slechts één beperken: de waterlelie (Nymphaea), die niet voor niets als de koningin onder de vijverplanten wordt beschouwd. Omdat waterlelies, zoals reeds vermeld, veel ruimte nodig hebben, hebben andere planten in de diepwaterzone meestal geen kans.
Diepe zone
In dit gebied worden onvermijdelijk alleen zuivere onderwaterplanten gebruikt. Voorbeelden hiervan zijn waterpest (Elodea), waterster (Callitriche palustris) of blaasjeskruid (Utricularia vulgaris). Ook aanbevolen zijn fonteinmos (Fontinalis spec), lentemos (Fontinalis antipyretica), hoornblad (Ceratophyllum submersum) en de zogenaamde dennenbladeren (Hippurus vulgaris). Wat al deze onderwaterplanten gemeen hebben is dat ze een positieve invloed hebben op het belangrijke zuurstofgeh alte van het water, de vorming van algen beperken en bovendien bepaalde ongewenste stoffen afbreken. De minimale diepte voor de planten is 1,5 meter. Bovendien moeten ze in speciale vijvergrond worden geplant, verkrijgbaar in de speciaalzaak.
Een vijver planten
Als het gaat om het daadwerkelijk planten van een tuinvijver, is er een gouden regel waar je je zeker aan moet houden: plant altijd van diep naar ondiep. Je begint dus op het diepste punt van het kleine water en werkt van daaruit naar de oever. Met andere woorden: een vijver wordt van binnenuit beplant. De ideale tijd hiervoor zijn de maanden maart tot en met juni. Het volgende moet worden opgemerkt:
- Voor de diepe zone en de diepe waterzone kun je het beste plantenmanden gebruiken die gemaakt zijn van duurzaam plastic of stof.
- Het is essentieel om speciale vijvergrond te gebruiken voor planten in de diepe zone.
- Bouw vóór het beplanten van de oeverzone daar een wortelbarrière, anders kunnen de wortels de vijverfolie beschadigen.
- Voor de oeverzone wordt ook een zogenaamde plantmat van zelfoplossend materiaal zoals kokos aanbevolen.
- Bij het planten van waterlelies in het voorjaar moet het vijverpeil in kleine stappen worden verhoogd, anders heeft de plant geen kans om te groeien.
- Als het gaat om planten in de ondiepe waterzone, worden vaak drijvende planten gebruikt die eenvoudigweg aan het wateroppervlak moeten worden blootgesteld.
Het gebruik van plantenmanden maakt je werk trouwens een stuk eenvoudiger. Ze maken het bijvoorbeeld mogelijk om de plant daadwerkelijk buiten de vijver te planten en de plant vervolgens ergens in de vijver te plaatsen.
Probleem oeverzone
De grootste problemen bij het planten van een vijver doen zich meestal voor in de oeverzone. Het probleem hierbij is meestal de vijverfolie, die onvermijdelijk een bepaald deel van de oever bedekt. In geen geval mag het worden beschadigd door de wortels van de planten. Vooral bamboeplanten vormen zeer diepe ondergrondse wortelstokken die gevaarlijk kunnen zijn voor de film. Een wortel- of wortelstokbarrière is daarom verplicht. Hiervoor moet tussen het uiteinde van de vijverfolie en het begin van de bamboebeplanting een sleuf van minimaal 60 centimeter diep worden gegraven. De binnenkant van de greppel wordt vervolgens bekleed met een speciale wortelstokfilm en opnieuw gevuld met aarde.
Planten en verzorgen
Als u de hier gepresenteerde instructies en regels volgt, is het planten van een tuinvijver meestal geen probleem. Bij het gebruik van plantenmanden, wat sterk wordt aanbevolen, is dit ook relatief snel te doen. Hoe dan ook, de geïnvesteerde tijd is zeker de moeite waard; een tuinvijver is immers altijd een hoogtepunt in uw eigen tuin. Houd er echter ook rekening mee dat de planten ook een zekere verzorging nodig hebben. Daarnaast moeten regelmatig dode plantendelen worden verwijderd en moeten veel oeverplanten worden gesnoeid. Reken daarom tijdens de zomerperiode één tot twee uur per week voor vijveronderhoud.