De grote brandnetel (Urtica dioica) en de kleine brandnetel (Urtica urens) zijn veel meer dan onkruid dat geen plaats heeft in de tuin. Het brede scala aan mogelijke toepassingen, van smakelijke soep tot diuretische thee tot natuurlijke ongediertebestrijding, maakt het schijnbare onkruid tot een waardevol onderdeel van onze tuinen. Brandnetels moeten daarom op vele manieren worden geoogst en gebruikt. Hier geven wij u waardevolle tips voor het oogsten en gebruik.
Grote brandnetel – profiel
De grote brandnetel (Urtica dioica) is een sterke, kruidachtige plant. Als bescherming tegen roofdieren groeien er brandharen op de bladstelen, die bij aanraking kiezelzuurhoudende stoffen vrijgeven, waardoor netelroos en jeuk op de menselijke huid ontstaan.
- Groeihoogten tussen 30 cm en ruim anderhalve meter
- hoekige stengels met tegenoverliggende bladeren
- Bloeiperiode van juli tot oktober
- sterke wortelgroei, ontwikkelt indrukwekkende gastheren
- Bloemen ontwikkelen onopvallende bloemaren
De bloemen ontwikkelen zich tot brandnetelzaden, die in olie kunnen worden geperst of geroosterd. Ook staat de brandnetel al lang bekend om zijn vezelproductie, die tegenwoordig nog maar sporadisch plaatsvindt. Brandnetelstoffen worden als aangenaam zacht beschouwd. Ze zijn ook geschikt voor mensen met een allergie.
Kleine brandnetel – profiel
De kleine brandnetel (Urtica urens) is een eenjarige plant die vaak voorkomt op puinplaatsen, in de buurt van mestbergen of in groentegewassen.
- Bladeren zijn kleiner en ronder dan die van de brandnetel
- groeit in groepen van individuele planten
- geeft de voorkeur aan stikstofrijke grond
- Groeihoogte 10 tot 60 cm hoog
- Stekende haren branden sterker dan die van hun grotere familieleden
- plant zich voort door bestuiving door de wind.
De plant kan in zijn geheel worden gebruikt, jonge bladspruiten vormen een smakelijke, vitaminerijke salade, aftreksels van de bladeren en wortels worden als diuretisch beschouwd. Het gebladerte wordt gebruikt als veevoeder, kunstmest en voor ongediertebestrijding. Traditioneel is fijngehakte brandnetel een goed voer dat vooral wordt gebruikt voor het grootbrengen van kuikens.
Tip:
Voeg jonge brandnetelblaadjes toe aan de populaire groentesmoothies. Je krijgt een vers, gezond sapje dat bovendien heerlijk smaakt.
Substraat en grond
De brandnetel groeit bijna overal waar de grond rijk is aan stikstof. Beide soorten geven de voorkeur aan schaduw boven de volle zon, maar kunnen vrijwel alle lichtomstandigheden aan. Ze worden vaak aangetroffen in de buurt van ongebruikte eigendommen, zoals schuren, leegstaande huizen, stapels puin of zwaar bemeste moestuinen. In onze tuin moet ervoor worden gezorgd dat de gastheren van de grote brandnetel de groenteplanten niet aantasten. Ook zijn de planten een populaire voedingsplaats voor vlinderrupsen, wat ook voor irritatie in de moestuin kan zorgen als de rupsen overstappen op groenteplanten. Als u brandnetels wilt kweken, pas dan op voor rupsenplagen. Ze kunnen echter gemakkelijk worden verzameld.
De grote brandnetel kan als zaad direct in de grond worden gezaaid. Omdat hij zich echter zeer snel voortplant door zijn eigen wortelgroei, is het planten van een bestaande of gedeelde gastheer veel eenvoudiger. Om de groei van planten te beperken, moet de grond rond de plant regelmatig losgemaakt worden. De overtollige wortelstokken (wortelscheuten) worden vervolgens uit de grond getrokken, zodat deze beperkt blijft tot een bepaald gebied.
Tip:
Aangezien vooral pauwvlinders en kleine schildpadden zich bijna uitsluitend voeden met brandnetels en deze vlindersoorten als zeldzaam worden beschouwd, kun je eenvoudigweg een paar rupsen verdragen.
Planten en oogsten
In principe mogen brandnetelplanten niet zonder handschoenen worden geoogst. Vooral bij de kleine soorten gaat contact met de brandharen vaak gepaard met pijnlijke striemen en hevige jeuk.
Grote en kleine brandnetels kunnen op vrijwel elk moment worden geoogst. In het voorjaar dienen de jonge, malse plantjes bij veel gerechten als welkome groente in de keuken.
Om de brandharen onschadelijk te maken, zodat de bladeren zonder spijt gebruikt kunnen worden, is het raadzaam om de planten eerst af te knippen met lange handschoenen voor normale huishoudelijke hoeveelheden. Vervolgens kunnen ze in een theedoek of handdoek worden gelegd en eenvoudig met de stof worden opgerold. Een beetje wringen maakt ook de laatste kleine hoofdjes los die het brandende silica bevatten. De bladeren kunnen nu veilig verder worden verwerkt.
Oogsttijd en gebruik
De bladeren worden gebruikt bij het koken voor smakelijke gerechten en als thee. Hier adviseren wij om vanaf het vroege voorjaar, rond mei, met de zeer jonge scheuten tot en met de bloeiperiode te oogsten. Bloeiende brandnetels smaken niet meer zo lekker en kunnen gemakkelijk vezelig worden.
Olie kan van de zaden worden gemaakt. Brandnetelolie is een plantaardige olie van hoge kwaliteit, maar wordt zelden geproduceerd en aangeboden. Als je hem zelf wilt kweken, kun je het beste pas de rijpe zaden oogsten, dus vanaf ongeveer oktober. Het heeft een groenachtige kleur en een geur die doet denken aan verse wortels.
Van het gedroogde brandnetelstro kan stof worden gemaakt. Brandneteldoek werd duizenden jaren geleden gemaakt van de bastvezels van de brandnetel. De oogsttijd hiervoor is eveneens oktober, wanneer de plant volgroeid is. De lange, extreem sterke vezels zijn ideaal voor het maken van sterke stoffen, visnetten of touwen. Voordat hier katoen werd gebruikt, werd brandneteldoek en linnen (gemaakt van vlas) veel gebruikt.
De wortels worden gebruikt als thee. Ze mogen pas in het tweede groeijaar worden geoogst; de oogsttijd is de late herfst. De wortels worden opgegraven, schoongemaakt en in kleine stukjes gesneden. Ze kunnen droog of vers worden gebruikt.
Grote en kleine brandnetels zijn even welkom als voedergewassen. Het bevat veel voedingsstoffen, mineralen en sporenelementen. De planten kunnen twee tot drie keer per jaar worden geoogst voor veevoederdoeleinden, bijvoorbeeld in juli en september. Ze zijn onmisbaar als voer voor het fokken van dieren.
Beide soorten brandnetel dienen als een natuurlijk ongediertebestrijdingsmiddel. De daaruit gemaakte mest kan zonder schadelijke bijwerkingen overal in de tuin worden gebruikt, maar vooral op groente- of fruitplanten waarvan de oogst wordt geconsumeerd. Tegelijkertijd is de brandnetel een uitstekende meststof en kan hij worden gebruikt als koudwatermengsel of als mest.
Tip:
Brandnetelzaden zijn uitstekend geschikt om te drogen, braden en malen. Het smaakt naar sesam en is een uitstekende aanvulling op eten.
Opslag en bewaring
Gedroogde brandnetels kunnen het hele jaar door worden gebruikt. Om de planten voorzichtig te drogen, worden ze in een bundel met tuinmansraffia gewikkeld en op een droge, donkere plaats opgehangen. Dit kan in de kelder of garage zijn. De afgesneden wortels moeten op een donkere plaats worden gedroogd; een luchtige omgeving is gunstig. Nadat het volledig is opgedroogd, moet het worden bewaard in potten met schroefdop of een linnen doek.
Tip:
De wortels worden niet alleen aanbevolen als thee, ze zijn ook een goed middel om de haarwortels te versterken bij haaruitval. Het aftreksel zorgt bovendien voor glanzend haar.
Conclusie
De vaak verkeerd begrepen en ten onrechte afgedaan als onkruid: brandnetel is een waar wondermiddel van de natuur. Of het nu als medicijn, in cosmetica of als onmisbare hulp bij bemesting en ongediertebestrijding in de tuin is, het is altijd een natuurlijk alternatief. Plant een bosje brandnetels in je tuin en je hebt een universeel wapen voor talloze doeleinden. Het lage risico dat je jezelf verwondt door de stekende haartjes weegt absoluut zwaarder dan de diverse mogelijkheden van de planten.
De gezonde brandnetel kan erg lekker zijn als je hem op de juiste manier behandelt
- Als je ze eet, maken brandnetels indruk met hun lage caloriegeh alte (49 kcal per 100 g), hun hoge vitamine C-geh alte (175 mg per 100 g) en veel ijzer (2,2 mg per 100 g) ze bevatten ook.
- Fris en jong, nog lichtgroene brandnetelblaadjes smaken echt heerlijk: licht nootachtig, een beetje zoals lijnzaad misschien, fris en zuur en een tikje bitter. Dat alleen al spreekt voor de brandnetel in de tuin, als je hem plukt krijg je vaak alleen maar donkergroene bladeren, en die smaken nogal flauw, voor veel mensen “een beetje naar gras”.
- Bang voor de brandnetels als ze vers worden gebruikt? Dit hoeft niet het geval te zijn, ze kunnen snel worden uitgeschakeld als je de brandnetels kort in kokend water dompelt. Als je de brandnetels aan een salade wilt toevoegen, doe je de stelen in ijswater, dan blijven de bladeren groen en knapperig.