Origineel, duurzaam en dicht bij de natuur – deze drie woorden kunnen een biologische tuin het beste omschrijven. Bij de reguliere werkzaamheden met de planten worden geen chemische producten van de speciaalzaak gebruikt, zoals insecticiden, fungiciden en meststoffen. Met de juiste voorbereiding en een beetje moeite kun je alle noodzakelijke elementen uit de natuur halen. Met eenvoudige middelen is het mogelijk de ontwikkeling van planten te stimuleren en schadelijke insecten efficiënt te bestrijden.
Creëer natuurlijke tuinen
Duurzaam tuinbeheer is geen moderne uitvinding. Wat tegenwoordig vaak wordt verpakt onder termen als ‘ecologisch’ en ‘biologisch’ was een gegeven in de tijd van onze overgrootouders. Chemische producten maken het werk tegenwoordig gemakkelijker. Of het nu gaat om het voorzien van voedingsstoffen in de perkplanten of het bestrijden van ongewenste planten zoals onkruid en paardenbloemen. Het goede nieuws: je hoeft niet een paar uur per dag te tuinieren om deze taken uit te voeren zonder producten uit de winkel te gebruiken.
De nadruk van een biologische tuin ligt onder meer op de ecologische bewerking van de bodem en de teelt van gezond en residuvrij voedsel. De gevarieerde beplanting creëert een soortenrijk toevluchtsoord voor de lokale fauna. Bedreigde dieren en insecten voelen zich thuis in de pesticidevrije tuin. Bij duurzame beplanting en onderhoud speelt de omvang van het perceel geen rol. Ook op kleine oppervlakten kunt u groenten etc. telen. Nog een voordeel: biologische tuinen en Engelse gazons kunnen gemakkelijk met elkaar worden gecombineerd. Omdat tuinieren dicht bij de natuur niet noodzakelijkerwijs betekent dat grassen, struiken en andere planten ongecontroleerd moeten groeien.
De optimale locatie voor bedden
Wat het basisprincipe betreft, verschilt het aanleggen van een biologische tuin niet van dat van een conventionele tuin. De locatie voor de bedden moet voldoen aan de eisen van de betreffende planten. De meeste gewassen geven de voorkeur aan een lichte, warme plaats. Het felle zonlicht tijdens de middag kan een contraproductief effect hebben op de ontwikkeling van de vaste planten en de verzorging bemoeilijken. Als grove leidraad luidt de stelling dat ongeveer 6 uur zonneschijn per dag voldoende is voor de ontwikkeling van planten.
- Verhoogde bedden vergemakkelijken de verzorging en beschermen uw rug
- Gebruik eventueel heuvelbedden
- Een lichte helling voorkomt wateroverlast
- Vermijd de directe omgeving van verkeerswegen
Heuvelbedden en verhoogde bedden hebben een beslissend voordeel vanwege hun structuur. Voor stabiliteit en structuur wordt gebruik gemaakt van halfgerijpte compost, kreupelhout en takken. Het materiaal rot langzaam en geeft tijdens het ontbindingsproces warmte en voedingsstoffen af aan de omgeving. Planten die gevoelig zijn voor kou en veel energie verbruiken, zoals spinazie, profiteren hiervan. Op deze manier kunt u vroeg in het voorjaar verhoogde en heuvelbedden planten.
Tip:
Als er late vorst dreigt, bedek de bedden dan met een grote hoeveelheid sparren takken of stro.
De vloer
Het substraat speelt een belangrijke rol bij de teelt en verzorging van planten. De consistentie en samenstelling moeten voldoen aan de behoeften van de planten. Terwijl lavendel en basilicum bijvoorbeeld niet tegen een hoog kalkgeh alte in de bodem kunnen, hebben erwten en wortelen daar geen last van. Bijna alle planten hebben één ding gemeen: een zwaar substraat remt de groei en kan wateroverlast bevorderen.
- Maak de grond regelmatig los
- Als de grond veel klei bevat, voeg dan zand toe
- Kleine stenen maken de ondergrond permanent los
Je kunt ook een kleinschalige biologische tuin aanleggen op een groot balkon of licht terras. Het verticaal kweken van planten is hiervoor succesvol gebleken. Gebruik grote emmers of bouwkuipen. Het substraat bestaat in dit geval uit een mengsel van tuingrond en kleine hoeveelheden humus. Compost hoort niet thuis bij potplanten.
De micro-organismen in de dunne grond zijn niet in staat het materiaal efficiënt te verwerken. Het gevolg is schimmel- en rotvorming. Bij planten in potten dient u drainage aan de onderkant te creëren. Meestal bestaat dit uit kleine steentjes of scherven aardewerk. Op deze manier kan overtollig giet- en regenwater snel wegvloeien en zijn de ondergrondse plantendelen minder vatbaar voor wortelrot.
Voedingsstoffen uit de natuur
Bij het cultiveren van een biologische tuin worden alleen materialen uit de natuur gebruikt. Dit geldt ook voor bemesting. Om deze reden behoort uw eigen compost tot de basisuitrusting. Bij het opzetten van de compostinstallatie en de snelle afbraak van het GFT-afval zijn er een aantal relevante punten:
- Maak geen composthopen in de volle zon of op schaduwrijke plekken
- Direct contact met de grond moet worden gewaarborgd
- Groot afval versnipperen
Planten zoals brandnetels, paardenbloemen, duizendblad en varenbladeren versnellen het rottingsproces. Als alternatief kunt u een “kunstmatige” versneller gebruiken, gemaakt van natuurlijke stoffen. Hiervoor heb je de volgende componenten nodig:
- 1 stuk droge gist
- 250 g suiker
- 10 liter water
- Emmer
Meng alle ingrediënten samen en laat het mengsel een dag rusten. Vervolgens nogmaals krachtig roeren en gelijkmatig over de compost verdelen. Warmte helpt de micro-organismen ook om de composteerbare materialen sneller af te breken. Het kopen van een speciale thermische composter is niet nodig. Dek uw composthoop in de zomer af met donkere folie. Verwijder het materiaal regelmatig gedurende korte tijd, zodat zuurstof het organische afval kan bereiken.
Correct bemesten
Planten hebben 3 factoren nodig om optimaal te kunnen gedijen: water, licht en voedingsstoffen. In een conventioneel beheerde tuin worden vaak vloeibare en commerciële meststoffen voor de lange termijn gebruikt. In de biologische tuin zijn echter alleen biologische materialen toegestaan. Compostgrond is bijzonder geschikt voor het opmaken van bedden. Eenmaal geplant is het lastig om het substraat voldoende in de grond te werken. Gebruik voor een regelmatige bemesting de volgende componenten:
- Koffie- of theedik
- Organisch hoornschaafsel
- Brandnetelmest
- Geplette eierschalen
Als je wat dieper in je portemonnee wilt graven, kun je een speciaal organisch mestconcentraat gebruiken. Ook deze producten zijn afgestemd op de behoeften van specifieke planten, zoals tomaten en kruiden. Zelfs bij organische mest kan er een overaanbod aan voedingsstoffen ontstaan. Voor planten die veel verbruiken, moet u koffiedik etc. met tussenpozen van ongeveer 14 dagen verspreiden. Andere planten kunnen wel tegen een kleine hoeveelheid kunstmest. Het is voldoende om deze planten ongeveer elke 4 tot 6 weken te bemesten.
De oorsprong van zaden
Het zijn niet zozeer het type planten als wel hun oorsprong die de basis vormen van een biologische tuin. Het verzamelen en drogen van zaden is voor veel tuiniers een passie geworden. Voor dit doel mogen enkele geselecteerde vaste planten bloeien en zaden produceren. De oogst van volgend jaar hangt af van deze methode.
- Verwelkte bloeiwijzen niet verwijderen
- De zaden moeten voldoende rijpen aan de plant
- Vallende zaden vangen met vlies of papier
- Op een donkere, droge plaats bewaren
Deze maatregel is echter niet altijd succesvol. Sommige plantensoorten kunnen zich met elkaar kruisen, wat resulteert in oneetbare vruchten. Het gaat vooral om komkommerachtigen. Populaire groenten zoals courgette, komkommer, pompoen en watermeloen behoren tot dit geslacht. Zelfs als u verschillende kweeklocaties gebruikt, kunnen insecten de sporen van andere soorten op uw planten overbrengen. Als je net begint met een biologische tuin, zul je ook op een andere manier zaden moeten verkrijgen.
Slechts enkele tuincentra zijn exclusief gespecialiseerd in de distributie van hoogwaardige biologische zaden. Het voordeel van deze zaden: Volgens de EG Biologische Verordening 834/2007 zijn de zaden afkomstig van moederplanten die volgens strikte biologische richtlijnen zijn gekweekt. De vermeerdering van deze planten is op elk moment zonder problemen mogelijk. Met geduld kun je ook zaden van oude en zeldzame groentesoorten krijgen van gepassioneerde biologische tuiniers.
Tip:
Vermijd het eten van bittere kalebassen. Een hoge dosis oneetbare cucurbitacines is verantwoordelijk voor de bittere smaak.
variëteiten
Kruiden, aardbeien, tomaten en komkommers behoren tot de klassieke variëteiten van de biologische tuin. Het is echter niet zozeer het type plant dat van belang is, maar eerder, zoals hierboven vermeld, de herkomst van de zaden. De teelt beperkt zich niet tot robuuste planten. Exotische soorten kunnen ook in de natuurlijk gekweekte bedden worden geplant. De volgende planten zijn winterhard en populair:
- Andesbessen (Physalis peruviana)
- Tomatillo (Physalis philadelphica)
- Aubergine (Solanum melongena)
- Watermeloenen (Citrullus lanatus)
- Kiwano (Cucumis metuliferus)
- Ananaskers (Physalis pruinosa)
Let op de eisen en behoeften van de planten. Voor sommigen is het zinvol om vanaf februari op de vensterbank te kweken. Vergroot de kans op kieming door de container in heldere folie te wikkelen. In de eerste levensdagen is er geen verschil in de verzorging van de planten:
- Het substraat mag niet uitdrogen
- Vermijd fel zonlicht
- Bemesting vindt pas ongeveer 2 weken na ontkieming plaats
De wortels van de jonge planten mogen niet samengroeien. Wanneer de zaailingen 2 tot 3 paar bladeren hebben ontwikkeld, moeten ze worden uitgeprikt. Zet kleine potten klaar met gewone tuingrond en til de planten met een lepel uit de kweekbak. Zodra de buitentemperaturen het toelaten, kunt u de planten in het bed verplaatsen. Voor meerjarige, koudegevoelige vaste planten is het de moeite waard om in een grote container te planten.
Tip:
Je kunt de zaden van je biologische planten delen met andere tuiniers of ze inruilen voor andere variëteiten.
Gewasrotatie
Het observeren van vruchtwisseling speelt een belangrijke rol bij het verbouwen van groenten. De temporele opeenvolging van verschillende plantenvariëteiten op een locatie kan het succes of falen van een oogst bepalen. Wie elk jaar dezelfde ruimte gebruikt voor dezelfde planten, beschadigt de bodem. De bodem wordt moe en kan zelfs door de toevoer van voedingsstoffen niet meer regenereren. De planten lijden en worden vatbaar voor ziekten en plagen. Met een gevarieerde teeltwisseling kun je tekorten voorkomen.
- Let op teeltpauzes
- Planten van hetzelfde geslacht moeten elke 3 tot 4 jaar op dezelfde locatie worden gekweekt
- Scheid zware eters, middelmatige eters en zwakke eters ruimtelijk van elkaar
Bodembevorderende planten moeten ongeveer elke vier jaar in het bed worden geplant. Phacelia en mosterd bevorderen de bodemcultuur. In de winter kunt u de planten in het substraat verwerken. Zo kunt u het jaar daarop weer gewoon gebruik maken van de ruimte. Je kunt de grond ook beschermen met een secundaire of tussencultuur. Gebruik geen planten die nauw verwant zijn aan elkaar. Voorbeelden van geschikte rassen zijn:
- lente-uitjes
- Radijs
- Sla plukken
- Rucola
- Spinazie
Mulch de grond voldoende tussen de afzonderlijke gewassen. Wanneer brandnetels worden geplet en gedroogd, verrijken ze het substraat met belangrijke mineralen.
Planten
Er is weinig waarmee u rekening hoeft te houden bij het planten zelf. Zorg voor voldoende minimale afstand tussen de individuele planten. Het plantgat zelf moet groot genoeg zijn zodat de wortels van de planten zich optimaal kunnen ontwikkelen. Als je het veilig wilt doen, kun je de omringende grond grof losmaken met een schop of een graafvork. In een biologische tuin moet je vertrouwen op gemengde culturen. Combineer groenten, kruiden en bloemen met elkaar. Het plantenras biedt veel voordelen:
- De ruimte in het bed wordt efficiënt gebruikt
- Insecten en kleine zoogdieren vinden een beschermd leefgebied
- De verspreiding van ziekten en plagen wordt bemoeilijkt
Voorzichtigheid is geboden als het gaat om de samenstelling van de planten. Niet alle soorten kunnen goed met elkaar overweg. Tomaten en komkommers zijn hiervan een klassiek voorbeeld. Uien en bonen, maar ook selderij en aardappelen mogen niet direct naast elkaar worden geteeld.
Ongediertebestrijding
De teelt van gemengde gewassen maakt het moeilijker voor plagen en ziekteverwekkers om zich te verspreiden. Maar zelfs in een biologische tuin ben je niet volledig immuun. U hoeft geen chemicaliën te gebruiken om uw planten effectief te beschermen. Met biologische middelen kun je veel insecten en ziektes bestrijden.
- Je kunt mijten verwijderen met een oplossing van boerenwormkruid en water
- Je kunt bladluizen verwijderen met een brandnetelafkooksel of een zachte zeepoplossing
- Een mengsel van wei en water is effectief gebleken tegen meeldauw
- Zand of droog zaagsel houdt slakken weg
Voorkomen is beter dan behandeling. Er zijn planten die ongedierte effectief op afstand houden. Kweek bijvoorbeeld lavendel en knoflook tussen de rijen bedden. Deze planten houden bladluizen weg.
Conclusie
Het aanleggen van een biologische tuin brengt niet noodzakelijkerwijs hoge financiële kosten met zich mee. Alleen tijd en werkuren moeten worden geïnvesteerd. Als het om de teelt en verzorging gaat, zijn er weinig verschillen tussen de afzonderlijke tuintypen. Het enige dat nodig is, is een kleine heroverweging wanneer conventionele chemische producten moeten worden vervangen door biologische producten uit de natuur. Duurzaam beheer van de tuin heeft tal van voordelen en komt zowel mens als natuur ten goede.